Limburgs Zwaarste
De 100 KM van Gina en Peter
Het idee ontstond op de after-party van de Rotterdam-Marathon 2013. Er worden dan altijd stoere plannen gemaakt. Gina en Peter spraken af zich te gaan voorbereiden op de 100 KM van Limburg Zwaarste in 2014. Maar waarom? Eigenlijk eenvoudig, Gina is ‘ fan’ van trailrunning en Peter loopt graag af en toe een lange race. Maar om dan direct de zwaarste trail uit Nederland uit te kiezen, met 3200 meter naar boven en beneden met diverse beklimmingen uit de Amstel-Goldrace, maar dan niet via het mooie asfalt.
Zo gezegd, zo gedaan. Er werd een plan gemaakt om er naar toe te werken. Gina en Peter hebben allebei een eigen programma. Zo liep Gina o.a. de Xtrails, Zeelandmarathon, 60 van Texel en Sallandtrail en Peter de marathon van Malaga, een bergmarathon bij Valencia en de 6 uur van Stein. Er werd echter ook gezamenlijk getraind via de Tis voor niksmarathon, de Derde Kerstdagloop (eigen variant van 47 KM) en een tweetal trainingen in de duinen bij Scheveningen.
Het mentale aspect en het materiaal is bij een dergelijk lange trail ook belangrijk. Het meenemen van eten, drinken, een headlight, een geel hesje, telefoon en 5 euro kleingeld (ja, die snappen we nog niet) is verplicht. Tijdens de lange gezamenlijke trainingen werden de te nemen ‘ hindernissen’ doorgenomen, want hoe deel je een dergelijke race goed in. Er werd ook een globaal tijdschema gemaakt waarbij we uit zouden komen op 14 uur en 15 minuten. Aangezien de tijdslimiet 16 uur bedraagt is er dan nog ruimte voor het geval de omstandigheden slecht zijn of de benen echt niet meer willen.
Ook aan begeleiding werd gedacht. Continu begeleiding is niet mogelijk vanwege de vele smalle paadjes en minstens 100 klap/draaihekjes. Toon gaat per auto en is bij alle verzorgingsposten aanwezig zodat eigen voeding, drank en evt. nieuwe kleding mogelijk zou zijn. Frans, Esther en Luuk gaan per fiets een aantal verzorgingsposten aandoen voor de mentale ondersteuning.
Dan nadert 5 april. De laatste weken uiteraard veel gerust en gezorgd dat het materiaal in orde is. Op 4 april met het begeleidingsteam intrek genomen in Golden Tulip in Kerkrade, vlak bij de start. Met de hele ‘crew’ dineren en vroeg in de veren. Om 5 uur gaat de wekker, licht ontbijtje en op naar de start waar nog koffie te krijgen is. Peter doet voor alsof hij niet zenuwachtig is, maar ja, als je de headlight achterstevoren opzet, dan ben je toch op z’ n minst licht gespannen.
Er is geen start/finischdoek. Gewoon bij het hek van het sportpark verzamelen, de laatste aanwijzingen van organisator Willem, en klokslag om 06.00 uur zijn we weg. In de eerste KM zijn al diverse hekjes. Misschien vreemd, maar anderzijds verhinderd dit deelnemers om te snel te vertrekken. Vervolgens door een weide met koeien. Een pas geboren kalfje zal wel gedacht hebben: waar ben ik nu terecht gekomen? Ongeveer 150 wezens met lampjes op hun hoofd lopen langs.
Via wat lichte beklimmingen gaat het richting Vaals. Toch is het op deze beklimmingen al wandelen geblazen. Goed verdelen is nodig om tot het eind ‘goed’ te blijven. Bij de 1e verzorgingspost kan de headlight af. We lopen in een uitgestrekt gebied met af en toe een boerderij. De eerste serieuze klim is de Vaalserberg. Waar de asfaltweg voor de fietsers (en voor Toon) keurig gelijkmatig is, doemt voor ons een steil bospad op met een kilometer van boven de 15%. Op de top is gelukkig de 2e verzorgingspost zodat we even kunnen bijkomen en het eten en drinken aanvullen.
Tijdens de loop spreken we af en toe met deelnemers die aan de 60, 80 of 100 bezig zijn. Allemaal met hun eigen plan voor die dag en doelen voor de toekomst. Sommigen lopen met stokken als voorbereiding op een zware bergloop. Opvallend is dat er veel andere deelnemers, net zoals wij, als duo lopen. Is ook een veilig gevoel dat er altijd iemand bij je is die in geval van nood hulp kan inroepen.
Via een uitgestrekt bosgebied gaat het naar Vijlen voor de 3e verzorgingsplaats. Hier begint de 1e extra lus van 20 KM die door de 60 KM lopers niet hoeft te worden gelopen. Er is hier rijstevlaai waar Peter dol op is. Gelukkig komen we op deze plek nog een keer terug.
De extra lus is veranderd ten opzichte van de vorige jaren. Niet alleen dat, het parcours is moeilijker en zwaarder. Ook gaat het op dit stuk een paar keer mis met het volgen van de route. De hele 100 KM is voorzien van pijltjes en lintjes, maar het is constant opletten (of we praten teveel). Overigens zijn we niet de enigen die af en toe het pad kwijt zijn. We waarschuwen elkaar netjes als we ontdekken dat het mis gaat. Op post 4 ontmoetten we Frans, Esther en Luuk, die dit punt bereikt hebben middels een paar pittige beklimmingen. Echt stoer, voor ons als lopers is het prima weer, droog en 10 graden op dat moment, maar om een afdaling te fietsen is het nog knap koud. Even kort bijpraten, met de nadruk op kort, we willen niet uit ons ritme raken. Peter fluistert nog wel even tegen Frans dat Gina heel erg makkelijk loopt.
Weer op pad om de extra lus af te maken richting de verzorgingsplaats in Vijlen. Peter hoopt dat de rijstevlaai nog niet op is. Na vele hekjes en smalle maar leuke paadjes komen we weer in het Vijlenerbos. We liggen achter op het tijdschema, maar ja, echt zorgen maken we ons nog niet. Eindelijk komen we op de verzorgingspost aan en zijn verrast dat er naast onze eigen begeleiders nog meer bekenden zijn. Andrea en Jaap combineren hun eigen training in Limburg met het aanmoedigen van de atleten, leuk. Voor Peter is het jammer, de chef van de verzorging zegt dat de rijstevlaai op is. Hoewel, er wordt er toch nog een gevonden in de auto. Er wordt een mes gezocht om te snijden maar Peter zegt dat dit niet nodig is, hij lust hem wel helemaal.
We zitten nu net over de helft en nemen weer afscheid. Frans, Esther en Luuk fietsen naar het hotel en zullen later per auto weer aansluiten. Gina en Peter gaar richting post 6. Gelukkig is dit stuk wat makkelijker en de lichte zorgen over het tijdschema nemen wat af. Het begint even heel licht te regenen, maar gelukkig van korte duur. Op post 6 heeft Toon een mooi plaatsje ingenomen om te filmen. Alle lopers komen langs een kabbelend riviertje aangelopen. Helaas, wij niet, bordje gemist, maar via de asfaltweg komen we er ook (sorry Toon).
Op naar post 7 op 69 KM waar we een keuze zullen moeten maken of we de extra lus naar Valkenburg er bij doen of het houden op 80 KM vandaag. Eigenlijk praten we daar niet over want we weten dat we allebei door willen. Inmiddels begint ook de zon licht te schijnen en de temperatuur loopt op, top. Post 7 ligt boven op de Eijserbosweg. Voor lezers die de Amstel-Gold-Race volgen weten dat dit een stevige puist is. Even voordat we bij deze beklimming zijn herinnert Peter zich van 2 jaar geleden dat er een tunnel is waar we doorheen moeten, ongeveer 100 meter lang, aardedonker en 1,5 meter breed. Nu is dat niet het ergste, maar de helft van deze 1,5 meter is een riviertje. Tja, daar hebben we in de voorbereiding niet over gesproken. Peter vraagt voorzichtig aan Gina of ze tunnelvrees heeft. Nou, het is niet haar favoriet. We lossen het als volgt op, handje in handje schuifelen door de tunnel. Tja, je moet wat, en niemand heeft het gefilmd.
Tijdens deze 1e beklimming van de Eijserbosweg begint het toch wel door te wegen. We zien echter ook lopers die met de 60 KM bezig zijn en er 20 minder op hebben zitten, het minstens net zo zwaar hebben. Oke, we zijn dus niet de enigen. Op de top wacht Toon ons weer op en we zijn allebei blij dat we Martine Hofstede nog even kunnen spreken. Zij loopt de 60 als voorbereiding op een 100 mijls race in Japan rond Mount-Fuji. Ja, het kan nog extremer. We hebben Martine lang niet gezien vanwege haar werk in het buitenland. We hebben helaas geen tijd om lang bij te kletsen, we moeten en willen door.
De lus naar Valkenburg is mooi, maar er zitten venijnige stukken in. Er zitten ook een paar trappenpartijen in van zeker 50 treden, zowel naar boven als naar beneden. Maar goed, we zitten weer redelijk op schema, en hier doen we het voor. Toon heeft tussen post 7 en 8 een locatie gevonden waar hij ons ook nog even kan zien, maar hij ziet alleen Peter aan komen lopen. Even korte stop van Gina en dan is het beter om in een rustig ritme door te gaan. Over de sanitaire stops van Peter gaan we het hier niet hebben. De temperatuur loopt op naar 17 graden, prima natuurlijk.
We naderen post 8 bij Valkenburg op 79 KM en Peter begint het aardig moeilijk te krijgen. Niks laten merken aan Gina natuurlijk, maar als Hans van Klaveren die avond een foto op facebook post op een bruggetje vlak bij de verzorgingspost, dan spreken de gelaatsuitdrukkingen boekdelen. Gina krijgt er duidelijk steeds meer vertrouwen in want ze zegt: zelfs als we vanaf nu de rest moeten wandelen, dan halen we het nog. Een goed teken, maar geconcentreerd blijven. Op een dergelijk parcours zit een ongeluk in een klein hoekje. De rest wandelen is overigens geen goede optie, we zijn het liefst voor het weer donker wordt bij de finisch, anders moeten de headlights weer op en moeten we nog beter opletten. Bovendien willen we als het kan in het hotel nog warm eten, maar dat kan maar tot een bepaalde tijd.
Weer verder richting Eijserbosweg, maar dan via een andere route. We merken dat Gina beter afdaalt en dat Peter beter klimt. We spreken dus af dat de steile stukken naar boven en naar beneden in eigen tempo gelopen gaan worden en op de tussenstukken komen we vanzelf weer bij elkaar. Een goede oplossing, zo blijven we allebei is ons ritme. De tweede beklimming van de Eijserbosweg gaat via een asfaltweg, minder mooi, maar we vinden het prima. Inmiddels zitten er 88 KM op. Op een bankje zit een ouder paar die vragen wat wij aan het doen zijn. Oh, zegt Gina, we lopen gewoon 100 KM en we hoeven er nog maar 10. Die mensen snappen er niks van. Op de top worden we weer keurig verzorgd. Gina moet even een pleister op een teen aan laten brengen, maar dan kunnen we weer door. Als we net op pad zijn komen Frans, Esther en Luuk per auto aanrijden, we zeggen snel dat het goed gaat en dat we bij de volgende post wel even bijpraten.
Het parcours is nu minder steil, maar uiteraard voel je nu ieder heuveltje. We blijven dus ook in het eigen ritme lopen bij de beklimmingen en de afdalingen. Bij de laatste verzorgingspost op 94 KM maken we grapjes met de ‘crew’ en zijn inmiddels een beetje euforisch. We laten Toon alvast bellen met het restaurant in het hotel om de tafel te reserveren.
Het laatste stuk. We praten kort de voorbereidingen van het afgelopen jaar door. Niet alles ging goed, maar dat kan ook niet, maar we waren wel klaar voor deze dag. We hebben het er ook over dat het uiteraard zwaar was, maar dat we het nergens echt moeilijk hadden. Dan moeten we toch nog een moeilijkheid overwinnen. We staan in een dorpje, geen bewegwijzering. We hebben kennelijk toch een bordje gemist, maar we zijn niet de enigen, er dwalen er nog 2. Gelukkig hebben we snel de juiste route weer te pakken en gaan op naar de laatste kilometer. Heel apart als je de garmin op 100 ziet springen. Het begint te schemeren, maar bij het hek van het sportpark zien we Toon, Frans, Esther en Luuk al op ons staan te wachten. We pinken een traantje weg en worden opgevangen. We moeten echter nog door tot in de kantine, want daar is de finisch. We krijgen als herinnering een handdoek en een certificaat met een foto en onze eindtijd er op, 14.17.49. Dat is toch ruim 2 minuten buiten het geplande schema, foei.
Een hele periode van voorbereiding, veel belangstelling van familie, vrienden en clubgenoten, en een geweldige race als toetje.
Voor mij was het een geweldige ervaring eentje waar ik heel trots op ben en waar ik heel blij van werd. Een mens kan veel en samen kan je nog veel meer. Ontzettend bedankt Peter dat ik dit met jou mocht doen.
P.S alleen de laatste regels zijn van mij alles daar boven is van Peter. Hij kan niet alleen hardlopen maar ook nog prima schrijven.
Peter van Gils en Gina Heuser