Statuten

Tekst van de statuten van de statutair te Barendrecht gevestigde vereniging:

        CHRISTELIJKE ATLETIEKVERENIGING “ENERGIE”, kantoorhoudende te 2991 XJ Barendrecht, Dierensteinweg 10, (ingeschreven in het handelsregistervan de Kamer van Koophandel en Fabrieken te Rotterdam, onder nummer 40341476)

zoals deze laatstelijk zijn vastgesteld op 18 maart 2002 door mr E.W. Groenveld, notaris te Barendrecht.

 S T A T U T E N:

Naam.

Artikel 1.

De vereniging draagt de naam: C.A.V. Energie.

Zij is opgericht op veertien juli negentienhonderd vierenzestig en aangegaan voor onbepaalde tijd.

Zetel.

Artikel 2.

Zij heeft haar zetel te Barendrecht.

Doel en Middelen.

Artikel 3.

De vereniging heeft ten doel:

het doen beoefenen en het bevorderen van de atletieksport alsmede de triathlonsport.

Zij tracht dit doel te bereiken door:

-      het lidmaatschap te verwerven en te behouden van de Koninklijke Nederlandse Atletiek Unie (nader te noemen: K.N.A.U.);

-      deel te nemen aan de door de K.N.A.U. georganiseerde of goedgekeurde competities en andere wedstrijden;

-      wedstrijden te organiseren;

-      evenementen op het gebied van de atletieksport dan wel triathlonsport te organiseren;

-      oefening van de leden en aspirant- leden te verzorgen onder deskundige leiding door middel van onder meer sport en spel;

-      alle andere wettige middelen.

       al hetgeen te doen wat met het vorenstaande verband houdt of daaraan bevorderlijk kan zijn.

Leden.

Artikel 4.

1.    Leden van de vereniging kunnen uitsluitend zijn natuurlijke personen, die als lid zijn toegelaten overeenkomstig het bepaalde in artikel 7.

2.    Het bestuur houdt een register waarin de namen en adressen van alle leden zijn opgenomen.

Begunstigers, Ereleden, Leden van verdienste.

Artikel 5.

1.    Begunstigers zijn zij die zich bereid verklaard hebben de vereniging financieel te steunen met een door de algemene vergadering vast te stellen minimum‑bijdrage.

2.    Ereleden en leden van verdienste zijn zij die op grond van bijzondere verdiensten alszodanig door de algemene vergadering met een meerderheid van tenminste twee/derde (2/3) van de uitgebrachte stemmen, ongeacht het aantal aanwezige stemgerechtigde leden, op voordracht van het bestuur of op voordracht van tenminste tien (10) leden worden benoemd en uit dien hoofde de vergaderingen van de vereniging mogen bijwonen, daarin het woord voeren en de vereniging van advies dienen.

3.    Leden van verdienste zijn zij, die langdurig actief zijn geweest binnen de vereniging.

4.    Begunstigers hebben geen stemrecht noch andere rechten en verplichtingen dan die welke hun bij of krachtens de statuten zijn toegekend en opgelegd.

5.    Het bestuur is verplicht het lidmaatschap van de K.N.A.U. aan te vragen voor een ieder die in de vereniging actief de sport beoefent, enige functie bekleedt of anderszins lid is van de vereniging.

Toelating.

Artikel 6.

1.    Het bestuur beslist omtrent de toelating van leden en begunstigers, een en ander overeenkomstig het bepaalde in artikel 7 voor zover leden betreft en overeenkomstig het bepaalde in artikel 9 voorzover begunstigers betreft.

2.    Bij niet‑toelating tot lid kan de algemene vergadering alsnog tot toelating besluiten.

3.    De algemene vergadering beslist omtrent de benoeming van ereleden respectievelijk leden van verdienste met inachtneming van het bepaalde in artikel 5 lid 3, respectievelijk lid 4.

Artikel 7.

1.    Het lidmaatschap als bedoeld in artikel 4 lid 1, wordt verkregen door schriftelijke kennisgeving aan en aanneming als lid door het bestuur volgens de regelen in het huishoudelijk reglement vastgesteld.

       Voor wat betreft de aanmelding van minderjarige leden, dient de kennisgeving (mede‑)ondertekend te zijn door zijn (haar) wettige vertegenwoordiger.

2.    Het lidmaatschap als bedoeld in artikel 4 lid 1 eindigt:

       a.    door de dood van het lid;

       b.    door schriftelijke opzegging door het lid aan het bestuur;

       c.    door opzegging door de vereniging. Deze kan geschieden wanneer een lid heeft opgehouden aan de vereisten voor het lidmaatschap bij de statuten gesteld, te voldoen waaronder mede begrepen het lidmaatschap van de K.N.A.U., wanneer hij zijn verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt, alsook wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren;

       d.    door ontzetting. Deze kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van de vereniging handelt, of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt.

3.    Opzegging door de vereniging geschiedt door het bestuur.

4.    Opzegging van het lidmaatschap door het lid of door de vereniging kan slechts schriftelijk geschieden tegen het einde van een kwartaal en met inachtneming van een opzeggingstermijn van één maand. Echter kan het lidmaatschap onmiddellijk worden beëindigd indien van de vereniging of van het lid redelijkerwijs niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.

5.    Een opzegging in strijd met het bepaalde in het vorige lid doet het lidmaatschap eindigen op het vroegst toegelaten tijdstip volgende op de datum waartegen was opgezegd.

6.    Een lid kan door opzegging van zijn lidmaatschap met onmiddellijke ingang een besluit waarbij de verplichtingen van de leden zijn verzwaard, danwel zijn beperkt, te zijnen opzichte uitsluiten, mits deze opzegging geschiedt binnen een maand, nadat het bedoelde besluit hem bekend is geworden of aan hem is medegedeeld; tevens kan een lid zijn lidmaatschap met onmiddellijke ingang opzeggen binnen een maand nadat hem een besluit is medegedeeld dat de vereniging in een andere rechtsvorm wordt omgezet danwel fuseert met een andere rechtspersoon.

7.    Ontzetting uit het lidmaatschap geschiedt door het bestuur.

8.    Van een besluit tot opzegging van het lidmaatschap door de vereniging op grond dat redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren en van een besluit tot ontzetting uit het lidmaatschap staat de betrokkene binnen een maand na de ontvangst van de kennisgeving van het besluit beroep open op de algemene vergadering.

       Hij wordt daartoe ten spoedigste schriftelijk van het besluit met opgave van redenen in kennis gesteld. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst.

9.    Wanneer het lidmaatschap in de loop van een verenigingsjaar eindigt blijft desalniettemin de kwartaal bijdrage voor het geheel verschuldigd.

Verplichtingen der leden.

Artikel 8.

1.    De leden zijn verplicht:

       a.    zich aan te sluiten bij de K.N.A.U. en na toelating, de statuten en reglementen van de K.N.A.U., alsmede de besluiten van haar organen, na te leven. De ledenadministratie van C.A.V. Energie verzorgt de aanvraag van het K.N.A.U. lidmaatschap;

       b.    de statuten en reglementen van de vereniging, alsmede de besluiten van het bestuur, de algemene vergadering of een ander orgaan van de vereniging na te leven.

       c.    de belangen van de vereniging en van de K.N.A.U. niet te schaden;

       d.    alle overige verplichtingen te aanvaarden en na te komen, welke de K.N.A.U. in naam van de vereniging aangaat, voor zover laatst bedoelde verplichtingen betrekking hebben op de leden van de vereniging, alsmede welke de vereniging in naam van haar leden aangaat of welke uit het lidmaatschap van de vereniging voortvloeien. Het handelen en nalaten in strijd met lid 1, onderdelen a en c zal in het algemeen strafbaar gesteld worden volgens de procedure opgenomen in het huishoudelijke reglement.

2.    Behalve de in deze statuten vermelde verplichtingen kunnen door de vereniging slechts verplichtingen aan de leden worden opgelegd na voorafgaande toestemming van de algemene vergadering.

Aanvang en einde van de rechten en verplichtingen van begunstigers.

Artikel 9.

1.    De rechten en verplichtingen van een begunstiger nemen een aanvang door schriftelijke kennisgeving aan en aanneming als zodanig door het bestuur, evenwel met inachtneming van het bepaalde in artikel 5 lid 1.

       Het bestuur houdt een register waarin de namen en adressen van alle begunstigers zijn opgenomen.

2.    De rechten en verplichtingen van een begunstiger kunnen te allen tijde wederzijds door opzegging worden beëindigd behoudens dat een/vierde van de jaarlijkse bijdrage over het lopende verenigingsjaar voor het geheel blijft verschuldigd.

3.    Opzegging/ontzetting namens de vereniging geschiedt door het bestuur overeenkomstig de bepalingen als voor leden gesteld in artikel 7 lid 2 (sub c en d) en lid 8.

Jaarlijkse bijdragen.

Artikel 10.

1.    De leden, de leden van verdienste en de begunstigers zijn gehouden tot het betalen van een jaarlijkse bijdrage, welke verspreid zal worden over vier kwartalen, die door de algemene vergadering zal worden vastgesteld.

       Zij kunnen daartoe in categorieën worden ingedeeld die een verschillende bijdrage betalen.

2.    Het bestuur is bevoegd in bijzondere gevallen gehele of gedeeltelijke ontheffing van de verplichting tot het betalen van een bijdrage te verlenen.

3.    Ereleden zijn vrijgesteld van het betalen van een bijdrage. Het lidmaatschap van K.N.A.U. wordt van hen betaald door de vereniging.

Rechten begunstigers, ereleden en leden van verdienste.

Artikel 11.

Behalve de overige rechten die aan leden van verdienste, begunstigers en ereleden bij of krachtens deze statuten worden toegekend, hebben zij het recht de door de vereniging georganiseerde wedstrijden, oefeningen en andere evenementen bij te wonen.

Bestuur.

Artikel 12.

1.    Het bestuur bestaat uit een oneven aantal van tenminste vijf (5) meerderjarige personen, die door de algemene vergadering worden benoemd. De benoeming geschiedt uit de leden.

2.    De benoeming van bestuursleden geschiedt uit een of meer bindende voordrachten, behoudens het bepaalde in lid 3.

       Tot het opmaken van zulk een voordracht zijn bevoegd zowel het bestuur als één/tiende (1/10) van het aantal stemgerechtigde leden.

       De voordracht van het bestuur wordt bij de oproeping voor de vergadering meegedeeld. Een voordracht door één/tiende (1/10) of meer stemgerechtigde leden moet voor de aanvang van de vergadering schriftelijk bij het bestuur worden ingediend.

3.    Aan elke voordracht kan het bindend karakter worden ontnomen door een met tenminste twee/derde (2/3) van de uitgebrachte stemmen genomen besluit van de algemene vergadering, genomen in een vergadering waarin tenminste twee/derde (2/3) van de leden vertegenwoordigd is.

4.    Is geen voordracht opgemaakt, of besluit de algemene vergadering overeenkomstig het voorgaande lid de opgemaakte voordrachten het bindend karakter te ontnemen, dan is de algemene vergadering vrij in de keus.

5.    Indien er meer dan één bindende voordracht is, geschiedt de benoeming uit die voordrachten.

 

Einde bestuurslidmaatschap‑Periodiek lidmaatschap‑Schorsing.

Artikel 13.

1.    Elk bestuurslid, ook wanneer hij voor bepaalde tijd is benoemd, kan te allen tijde door de algemene vergadering worden ontslagen of geschorst. Een schorsing die niet binnen drie maanden gevolgd wordt door een besluit tot ontslag, eindigt door het verloop van die termijn.

2.    Elk bestuurslid treedt uiterlijk drie (3) jaar na zijn benoeming af, volgens een door het bestuur op te maken rooster van aftreding. Het rooster van aftreden dient zodanig te zijn opgesteld dat de voorzitter en de secretaris niet gelijktijdig aftreden. De aftredende is terstond herkiesbaar.

       Wie in een tussentijdse vacature wordt benoemd, neemt op het rooster de plaats van zijn voorganger in.

3.    Het bestuurslidmaatschap eindigt voorts:

       a.    door het eindigen van het lidmaatschap van de vereniging;

       b.    door bedanken;

       c.    door het verlies van het vrije beheer over eigen vermogen.

Bestuursfuncties‑Besluitvorming van het bestuur.

Artikel 14.

1.    Het bestuur wijst uit zijn midden een secretaris en een penningmeester aan. Het kan voor elk hunner uit zijn midden een vervanger aanwijzen. De voorzitter wordt alszodanig gekozen.

       Elk bestuurslid kan meer dan één functie bekleden met dien verstande dat de functies van de voorzitter en de secretaris onverenigbaar zijn.

2.    Het bestuur vergadert zo dikwijls dit (volgens de statuten) nodig is alsmede indien tenminste drie bestuursleden dit wensen.

3.    Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris notulen opgemaakt, die door de voorzitter en de secretaris worden vastgesteld en ondertekend.

       In afwijking van hetgeen de wet dienaangaande bepaalt, is het oordeel van de voorzitter omtrent de totstandkoming en de inhoud van een besluit niet beslissend.

4.    Bij huishoudelijk reglement kunnen nadere regelen aangaande de vergaderingen van en de besluitvorming door het bestuur worden gegeven.

Bestuurstaak‑Vertegenwoordiging.

Artikel 15.

1.    Behoudens de beperkingen volgens de statuten is het bestuur belast met het besturen van de vereniging.

2.    Indien het aantal bestuursleden beneden vijf is gedaald, blijft het bestuur bevoegd. Het is echter verplicht zo spoedig mogelijk een algemene vergadering te beleggen waarin de voorziening in de open plaats of de open plaatsen aan de orde komt.

3.    Het bestuur is bevoegd onder zijn verantwoordelijkheid bepaalde onderdelen van zijn taak te doen uitvoeren door commissies die door het bestuur worden benoemd.

4.    Het bestuur is, mits met goedkeuring van de algemene vergadering, bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot het verkrijgen, vervreemden of bezwaren van registergoederen, het aangaan van overeenkomsten waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijke medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een derde verbindt.

5.    Het hiervoor sub 4 bepaalde is mede toepasselijk op de bevoegdheid van het bestuur tot vertegenwoordiging van de vereniging terzake van de in het vorige lid bedoelde handelingen.

6.    Het bestuur behoeft eveneens goedkeuring van de algemene vergadering voor besluiten tot:

       I.     onverminderd het bepaalde onder II het aangaan van rechtshandelingen en het verrichten van investeringen een bedrag of waarde van tien procent (10%) van de begroting van de vereniging te boven gaan.

       II.    a.    het aangaan van overeenkomsten, waarbij aan de vereniging een bankkrediet wordt verleend;

              b.    het ter leen verstrekken van gelden, alsmede het ter leen opnemen van gelden, waaronder niet is begrepen het gebruikmaken van een aan de vereniging verleend bankkrediet;

              c.    het aangaan van dadingen;

              d.    het optreden in rechte, waaronder begrepen het voeren van arbitrale procedures, doch met uitzondering van het nemen van conservatoire maatregelen en van het nemen van die rechtsmaatregelen, die geen uitstel kunnen lijden.

       Op het ontbreken van deze goedkeuring kan door en tegen derden geen beroep worden gedaan.

7.    Onverminderd het in lid 5 bepaalde wordt de vereniging in en buiten rechte vertegenwoordigd door het bestuur.

       Daarenboven komt de vertegenwoordigingsbevoegdheid mede toe aan de gezamenlijk handelende:

       a.    voorzitter en secretaris;

       b.    voorzitter en penningmeester (bij ontstentenis van de secretaris);

       c.    secretaris en penningmeester (bij ontstentenis van de voor-

              zitter).

8.    Het vertegenwoordigingsbevoegde bestuur is bevoegd één of meer gemachtigden aan te wijzen die zelfstandig, danwel gezamenlijk, bevoegd zijn binnen de grenzen van die volmacht over de saldi van de vereniging bij bank‑ en/of giro-instellingen te beschikken.

9.    Het financiële beheer van de vereniging berust bij de penningmeester, onder verantwoordelijkheid van het bestuur.

Jaarverslag ‑ Rekening en Verantwoording.

Artikel 16.

1.    Het verenigingsjaar/boekjaar loopt van één januari tot en met één en dertig december.

2.    Het bestuur is verplicht omtrent de vermogenstoestand van de vereniging zodanige aantekeningen te houden dat daaruit te allen tijde haar rechten en verplichtingen kunnen worden gekend.

3.    a.    Het bestuur brengt op een algemene vergadering binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, behoudens verlenging van deze termijn door de algemene vergadering, zijn jaarverslag uit over de gang van zaken in de vereniging en over het gevoerde beleid en overlegt, ter goedkeuring door de algemene vergadering, aan de algemene vergadering een door de bestuurders ondertekende balans en een staat van baten en lasten met daarop betrekking hebbende toelichting.

              Na verloop van de termijn kan ieder lid van de gezamenlijke bestuurders in rechte nakoming van deze verplichting vorderen.

       b.    Het bestuur legt op deze algemene vergadering tevens zijn begrotingsontwerp voor het daarop volgende verenigingsjaar voor alsmede de stukken als beschreven in artikel 21 lid 2.

4.    Indien en voorzover aan de algemene vergadering geen verklaring van een accountant als bedoeld in artikel 393 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek omtrent de getrouwheid van de hiervoor in de leden 2 en 3 bedoelde stukken wordt overgelegd, benoemt de algemene vergadering alsdan jaarlijks uit de leden een commissie van tenminste twee personen, die geen deel mogen uitmaken van het bestuur. De commissie onderzoekt de stukken als bedoeld in lid 3 en brengt aan de algemene vergadering verslag van haar bevindingen uit.

5.    Het bestuur is verplicht aan de commissie alle door haar gewenste inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden te vertonen en inzage van de boeken en bescheiden der vereniging te geven.

6.    De last van de commissie kan te allen tijde door de algemene vergadering worden herroepen, doch slechts door de benoeming van een andere commissie.

7.    Goedkeuring door de algemene vergadering van het jaarverslag en de rekening en verantwoording strekt het bestuur tot decharge van alle handelingen voorzover die uit de jaarstukken blijken.

8.    Het bestuur is verplicht de bescheiden bedoeld in de leden 2 en 3, tien jaren lang te bewaren.

Algemene vergaderingen.

Artikel 17.

1.    Aan de algemene vergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe, die niet door de wet of de statuten aan het bestuur zijn opgedragen.

2.    Jaarlijks, uiterlijk zes maanden na afloop van het verenigingsjaar, wordt een algemene vergadering ‑ de jaarvergadering ‑ gehouden. In de jaarvergadering komen ondermeer aan de orde:

       a.    het jaarverslag en de balans met staat van baten en lasten en toelichting als bedoeld in artikel 16;

       b.    het verslag van de aldaar bedoelde commissie, danwel de verklaring van de in artikel 16 lid 4 bedoelde accountant;

       c.    de eventuele benoeming van de in artikel 16 genoemde commissie voor het volgende verenigingsjaar;

       d.    voorziening in eventuele vacatures;

       e.    voorstellen van het bestuur of de leden, aangekondigd bij de oproeping voor de vergadering;

       f.     de vaststelling van de begroting voor het volgende verenigingsjaar,

       g.    de vaststelling van het beleid voor het volgende verenigingsjaar.

3.    Andere algemene vergaderingen worden gehouden zo dikwijls het bestuur dit wenselijk oordeelt.

4.    Voorts is het bestuur op schriftelijk verzoek van tenminste een zodanig aantal leden als bevoegd is tot het uitbrengen van één/tiende (1/10) gedeelte der stemmen in de algemene vergadering verplicht tot het bijeenroepen van een algemene vergadering op een termijn van niet langer dan vier weken na indiening van het verzoek.

       Indien aan het verzoek binnen veertien dagen geen gevolg wordt gegeven, kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping overgaan door oproeping overeenkomstig artikel 21 of bij advertentie in tenminste één ter plaatse waar de vereniging gevestigd is veel gelezen dagblad; de verzoekers kunnen alsdan anderen dan leden van het bestuur belasten met de leiding der vergadering en het opstellen van de notulen.

Toegang en stemrecht.

Artikel 18.

1.    Toegang tot de algemene vergadering hebben alle leden van de vereniging, alsmede de wettige vertegenwoordigers van de minderjarige leden, alle begunstigers, alle ereleden en alle leden van verdienste; geen toegang hebben geschorste leden en geschorste bestuursleden, behoudens het bepaalde in artikel 7 lid 8, op grond waarvan geschorste (bestuurs)leden recht hebben tot het bijwonen van‑ en het woord te voeren in de vergadering waarin het besluit tot schorsing wordt behandeld.

2.    Over toelating van andere dan de in lid 1 bedoelde personen beslist de algemene vergadering.

3.    Ieder lid van de vereniging dat niet geschorst is, heeft één stem.

       Het stemrecht van een lid die de leeftijd van achttien jaar nog niet bereikt heeft, wordt uitgeoefend door de wettige vertegenwoordiger van dat lid.

4.    Een gewoon lid kan zijn stem door een daartoe schriftelijk gemachtigd ander stemgerechtigd lid doen uitbrengen, met dien verstande dat men niet meer dan twee stemmen bij volmacht kan uitbrengen.

Voorzitterschap‑Notulen.

Artikel 19.

1.    De algemene vergaderingen worden geleid door de voorzitter van de vereniging of zijn plaatsvervanger.

       Ontbreken de voorzitter en zijn plaatsvervanger, dan treedt één der andere bestuursleden door het bestuur aan te wijzen als voorzitter op.

       Wordt ook op deze wijze niet in het voorzitterschap voorzien, dan voorziet de vergadering daarin zelve.

2.    Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris of een ander door de voorzitter daartoe aangewezen persoon notulen opgemaakt, die na door de algemene vergadering te zijn vastgesteld, door de voorzitter en de notulist worden ondertekend.

       Zij die de vergadering bijeenroepen kunnen een notarieel proces‑verbaal van het verhandelde doen opmaken.

       De inhoud van de notulen of van het proces‑verbaal wordt ter kennis van de leden gebracht.

Besluitvorming van de algemene vergadering.

Artikel 20.

1.    Het ter algemene vergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter dat door de vergadering een besluit is genomen is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit voorzover gestemd werd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel.

2.    Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van het in het eerste lid bedoeld oordeel de juistheid daarvan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats, wanneer de meerderheid der vergadering of, indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk geschiedde, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.

3.    Voorzover de statuten of de wet niet anders bepalen, worden alle besluiten van de algemene vergadering genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen.

4.    Ongeldige en blanco stemmen worden beschouwd als niet te zijn uitgebracht.

5.    Indien bij een verkiezing van personen niemand de volstrekte meerderheid heeft verkregen, heeft een tweede stemming, of ingeval van een bindende voordracht, een tweede stemming tussen de voorgedragen kandidaten plaats.

       Heeft alsdan wederom niemand de volstrekte meerderheid verkregen, dan vinden herstemmingen plaats, totdat hetzij één persoon de volstrekte meerderheid heeft verkregen, hetzij tussen twee personen is gestemd en de stemmen staken.

       Bij gemelde herstemmingen (waaronder niet is begrepen de tweede stemming) wordt telkens gestemd tussen de personen, op wie bij de voorafgaande stemming is gestemd, evenwel uitgezonderd de persoon, op wie bij die voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen is uitgebracht.

       Is bij die voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen op meer dan één persoon uitgebracht, dan wordt door loting uitgemaakt, op wie van die personen bij de nieuwe stemming geen stemmen meer kunnen worden uitgebracht.

       Ingeval bij een stemming tussen twee personen de stemmen staken, beslist het lot wie van beiden is gekozen.

6.    Indien de stemmen staken over een voorstel niet rakende verkiezing van personen, dan is het verworpen.

7.    Alle stemmingen over zaken geschieden mondeling, tenzij de voorzitter een schriftelijke stemming gewenst acht of één der stemgerechtigden zulks voor de stemming verlangt. Alle stemmingen over personen geschieden schriftelijk. Schriftelijke stemming geschiedt bij ongetekende, gesloten briefjes.

       Besluitvorming bij acclamatie is mogelijk, tenzij een stemgerechtigde hoofdelijke stemming verlangt.

8.    Een éénstemmig besluit van alle leden, ook al zijn deze niet in een vergadering bijeen, heeft, mits met voorkennis van het bestuur genomen, dezelfde kracht als een besluit van de algemene vergadering.

9.    Zolang in een algemene vergadering alle leden aanwezig zijn, kunnen geldige besluiten worden genomen, mits met algemene stemmen, omtrent alle aan de orde komende onderwerpen ‑ dus mede een voorstel tot statutenwijziging of tot ontbinding ‑ ook al heeft geen oproeping plaatsgehad of is deze niet op de voorgeschreven wijze geschied of is enig ander voorschrift omtrent het oproepen en houden van vergaderingen of een daarmee verband houdende formaliteit niet in acht genomen.

Bijeenroeping algemene vergadering.

Artikel 21.

1.    Behoudens het bepaalde in artikel 17 lid 4 worden de algemene vergaderingen bijeengeroepen door het bestuur. De oproeping geschiedt schriftelijk aan de adressen van de leden volgens het ledenregister bedoeld in artikel 4 of middels het clubblad.

       De termijn voor de oproeping bedraagt tenminste veertien dagen, de dag van oproeping en die van de vergadering niet meegerekend.

2.    Bij de oproeping worden de te behandelen onderwerpen vermeld, onverminderd het bepaalde in artikel 22; tevens worden bij de oproeping meegezonden het voorstel tot vaststelling van de jaarlijkse bijdrage.

Statutenwijziging.

Artikel 22.

1.    In de statuten van de vereniging kan geen verandering worden gebracht dan door een besluit van een algemene vergadering, waartoe is opgeroepen met de mededeling, dat aldaar wijzigingen van de statuten zal worden voorgesteld. De voorgestelde statutenwijziging behoeft bovendien de voorafgaande goedkeuring van de K.N.A.U. Hetzelfde geldt voor de wijziging van de naam van de vereniging.

2.    Zij die de oproeping tot de algemene vergadering ter behandeling van een voorstel tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten tenminste vijf dagen voor de vergadering een afschrift van dat voorstel, waarin de voorgedragen wijziging woordelijk is opgenomen, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage leggen tot na afloop van de dag waarop de vergadering wordt gehouden. Bovendien wordt een afschrift als hiervoor bedoeld, op verzoek aan alle leden toegezonden. De termijn voor de oproeping bedraagt twee weken onder vermelding van de plaats van ter inzage legging.

3.    Een statutenwijziging treedt niet in werking dan nadat hiervan een notariële akte is opgemaakt. Tot het doen verlijden van de akte is ieder bestuurslid bevoegd.

       De bestuurders zijn verplicht een authentiek afschrift van de akte van statutenwijziging alsmede de gewijzigde statuten neer te leggen ten kantore van het openbaar verenigingenregister, gehouden door de Kamer van Koophandel en Fabrieken waaronder de vereniging ressorteert.

Ontbinding en vereffening.

Artikel 23.

1.    De vereniging kan worden ontbonden:

       a.    door een daartoe strekkend besluit van de algemene vergadering op welk besluit het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 van het voorgaande artikel van overeenkomstige toepassing is;

       b.    door insolventie, nadat zij in staat van faillissement is

              verklaard, of door opheffing van het faillissement wegens de toestand van de boedel;

       c.    door rechterlijke uitspraak in de bij de wet genoemde gevallen;

       d.    door het geheel ontbreken van leden na een daartoe, op ver

              zoek van het bestuur of van een belanghebbende of op vordering van het Openbaar Ministerie door de rechtbank afgegeven verklaring.

              De vereffening zal geschieden door een of meer vereffenaars.

2.    De vereffening geschiedt in het hiervoor in lid 1 sub a bedoelde geval door de bestuurders der vereniging, zo tezamen als ieder afzonderlijk en in het hiervoor in lid 1 sub d bedoelde geval door hetzij de laatste bestuursleden der vereniging, zo tezamen als ieder afzonderlijk, hetzij de daartoe op verzoek van belanghebbende(n) of op vordering van het Openbaar Ministerie door de rechtbank benoemde vereffenaars.

3.    De vereniging blijft na haar ontbinding voortbestaan indien en voorzover dit voor de vereffening van haar zaken nodig is.

4.    Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van de statuten zoveel mogelijk en nodig van kracht.

5.    De algemene vergadering bepaalt in het hiervoor in lid 1 sub a bedoelde geval welke bestemming na betaling van alle schulden aan de overgebleven bezittingen van de vereniging zal worden gegeven, met dien verstande dat dit in ieder geval een charitatieve instelling zal zijn, bij gebreke waarvan een eventueel batig saldo in gelijke delen vervalt aan diegenen die ten tijde van het besluit tot ontbinding lid van de vereniging waren.

6.    De vereniging houdt op te bestaan op het tijdstip waarop geen aan haar, danwel aan de vereffenaar(s) of faillissementscurator, bekende baten meer aanwezig zijn.

7.    De vereffenaar(s) draagt/dragen er zorg voor, dat van de ontbinding van de vereniging inschrijving geschiedt in het register, bedoeld in artikel 22 lid 4.

8.    Gedurende tien jaar na afloop der vereffening blijven de boeken en bescheiden der vereniging onder degene die daartoe door de algemene vergadering, danwel (bij gebreke daarvan) door een daartoe op verzoek van een belanghebbende genomen besluit van de Kantonrechter binnen wiens rechtsgebied de vereniging haar zetel heeft, is aangewezen.

Huishoudelijk reglement.

Artikel 24.

1.    De algemene vergadering kan een huishoudelijk reglement vaststellen.

2.    Het huishoudelijk reglement mag niet in strijd zijn met de wet, ook waar die geen dwingend recht bevat, noch met de statuten.

3.    Ten aanzien van wijziging van het huishoudelijk reglement is het bepaalde in artikel 22 lid 1 tot en met 2 van overeenkomstige toepassing.

Slotbepaling.

Artikel 25.

Voor de berekening van het benodigde aantal aanwezige bestuursleden en de voor de besluitvorming noodzakelijke meerderheid van stemmen dient voorzoveel nodig eerst te worden bepaald aan de hand van het aldaar genoemde breukdeel het minimum aantal benodigde aanwezige leden (afgerond naar boven op een geheel getal) waarna, in voorkomende gevallen, aan de hand van het aldus berekende aantal aanwezige bestuursleden met behulp van het aldaar genoemde breukdeel wordt bepaald welke meerderheid van stemmen noodzakelijk is (eveneens afgerond naar boven op een geheel getal).

In alle gevallen waarin de statuten of het huishoudelijk reglement niet voorzien, beslist het bestuur.

Beleid en reglementen Overzicht