Politietriathlon Spijkenisse, de 35ste editie

Het zomerseizoen 2020 was voor vele triatleten een aaneenschakeling van wedstrijden die afgelast werden. Elke keer viel er weer een doel uit. Af en toe kon er met wat virtuele surrogaatwedstrijdjes de krachten gemeten worden maar echt racen kon amper. Maar gelukkig kon afgelopen zaterdag dan toch een startnummer opgespeld worden. In Spijkenisse werd voor de vijfendertigste keer de Politietriathlon georganiseerd, een begrip in de regio en één van de weinige wedstrijden die zolang bestaat.

Ze wisten alles heel compact en coronaproof te organiseren. Tijdens elk onderdeel (Sprint, Olympic Distance, Recreanten) werden 25 atleten tegelijkertijd weggeschoten. Daarnaast was er anderhalve meter afstand tussen de fietsen in de wisselzone en waren rondom het start-finish terrein geen supporters toegestaan. Prima geregeld dus, een voorbeeld voor andere organisaties. Het triathlonteam van C.A.V. Energie stond met een zestal atleten aan de start. Het enige vervelende van in groepen van 25 starten is dat je niet weet welke positie je bekleedt in het deelnemersveld. Voor onze snelste mannen Tim en Dez een nadeel, beiden startten ze in één van de laatste series van hun afstand en zagen dus niet hoe het hun directe tegenstanders verging.

Tim Wolvetang stond aan de start van de Sprintafstand, 500m zwemmen, 20 km fietsen en 5 km lopen. En waar het vierde onderdeel, het wisselen tussen de onderdelen, vaak ook bepalend kan zijn. Een wedstrijd die door de snelste atleten in een uurtje afgeraffeld wordt, waar elke foutje afgestraft wordt met een lagere plek in het klassement. Tim had 59.54 nodig voor de sprint, een zesde plek in het klassement. Hij miste een beetje de punch om echt het verschil te maken. Maar gezien de mannen voor hem mag hij zeker niet ontevreden zijn.

De andere vijf deelnemers van CAV Energie, Arjan van Leeuwen, Dez de Eerens, Franzi Waldau, Rebecca Herkemij en Mark de Boer stonden aan de start van één van de series van de recreantenseries. De recreantenafstand ging over 1 km zwemmen, 40 km fietsen en 10 km hardlopen. In het kraakheldere water van het Voedingskanaal was Mark een fractie voor Dez het water uit. De wat ruime kilometer ging in een tempo van 1.44 per 100m. Waarschijnlijk hebben Dez en Mark wel Rebecca, Franzi en Arjan ingehaald tijdens het zwemmen. Zij startten een serie eerder. Franzi gaf van tevoren al aan dat het zwemmen in teken stond van ervaring opdoen. Het is niet altijd even gemakkelijk om in buitenwater met vele mensen om je heen goed te zwemmen. Na afloop vertelde Franzi dat die opdracht was geslaagd! Dez wisselde wat sneller en startte vlak voor Mark aan het fietsonderdeel en was al heel snel uit zicht. Het heen- en weerparcours langs het Voedingskanaal en de Brielse Maas lag er goed bij. De paden waren geveegd en de schapen achter hekken gezet. De windkracht vier kostte in de eerste 20 km de nodige energie maar op de terugweg was het mogelijk om voluit te fietsen. Arjan fietste een sterke race en haalde Mark weer in.

Het looponderdeel was twee rondjes langs het Voedingskanaal en het Hartelpark, bekend van de wedstrijdjes van AV Spark.  Al in Mark's eerste ronde werd hij gedubbeld door Dez, die op weg was naar een mooie eindtijd en op zijn beurt wist Mark Arjan weer te achterhalen.

Dez finishte in 1.56.43, op vier tellen achter nummer twee en binnen een minuut van de winnaar. Een prachtige prestatie. Mark had er iets langer voor nodig maar was na weken van wat blessuremalheur meer dan tevreden over zijn 2.23.05. Arjan's doel was sub 2.30 en dat lukte met 2.29.25. Vervolgens finishte Rebecca in 2.32.35 en Franzi in 2.38.36.

Arjan en Dez beschreven hun ervaringen als volgt:

Arjan:

Politietriathlon 2020. Na alle wedstrijden die dit jaar zijn afgelast, gelukkig toch nog een kwart triathlon. Mijn allereerste triathlon, 3 jaar terug, was direct een kwart. Toen 2:46, dus dat moest sneller. Een sportieve vriend was het al eens in 2:30 gelukt, dus daar had ik mijn zinnen op gezet. Ik startte in de eerste golf en het zwemmen ging lekker. Achteraf had het sneller gekund, maar dat is een leer momentje. De wissel ging goed en op naar het fietsen. 20 km tegenwind. Gelukkig namen de bomen hier en daar wat wind weg. Zo kon ik toch ruim boven 30 km/uur blijven. Terug ging het met 36-45 km/uur een stuk sneller, maar ik merkte wel dat ik een gelletjes te weinig bij me had. Even inhouden en herstellen hielp. Het fietsen sloot ik af met 34 gemiddeld. Voor mij een top tempo. Die 2:30 zat er misschien wel in, bedacht ik me. Snel mijn schoenen zonder sokken aan en weg. Eenmaal in mijn ritme het eerste gelletjes naar binnen. Ik kon me goed focussen op iemand die even snel liep en kon een fijn cadans vasthouden. Toch liepen de kilometer tempo's licht op, dus ik zette extra aan en nam met nog 4 km te gaan mijn laatste guave shot. Het laatste rechte stuk zat er nog een sprint in en toen ik op mijn klokje keek... 2:29. Arjan, je hebt het geflikt.

Dez:

BIEP BIEP BIEP. Daar gaat de wekker. Wat een heerlijk geluid zeg. En vooral s 'weekends. Gelukkig merk ik dat het wakker worden me goed afgaat; energielevel schiet omhoog en de benen voelen de jeuk van een aankomende activiteit. RACEDAY! 12 september 2020, de eerste in dit kalenderjaar. Finally..! Het zou de politie triathlon van Spijkenisse worden. 35e editie en ik heb me laten informeren dat het ook de laatste in deze vorm zal zijn. Ok. Mijn trainer Mark wordt er dan ook nostalgisch van, en weet me tijdens eerdere trainingen er veelvuldig op te attenderen dat hij er bij de 1e editie al bij was. Toen de triathlonsport zich nog in z'n glorieperiode bevond (en strakke speedo's). Mooi.

Maar nu weer naar het heden. Eens kijken, wat was mijn starttijd ook alweer. 12:40. O, prima, dan moet ik zo laat weg, heb ik zo lang voor dat en dan doe ik dit en ook nog even dat. Uiteindelijk constateer ik dat ik op schema zit en quasi mompelend en in mijzelf gekeerd finaliseer ik de laatste voorbereidingen. "Klaar om te gaan!"; vertel ik vader, vandaag ingelijfd als mijn persoonlijke chauffeur. Luxe.

De reis verliep vlekkeloos (kudo's vader) en eenmaal aangekomen bij de wisselzone, zie ik de ene na de andere bekende. Leuk! Lekker bijbabbelen en de aandacht op iets anders leggen dan op de wedstrijd zelf. Tegelijkertijd zou die voorbereiding anders ook een beetje eenzaam zijn. En al helemaal als er geen publiek welkom is (voor mij echt een must!).

Tijd verstrijkt, en 3 plaspauzes, 10 bandenchecks en menig succeswensen verder, sta ik eindelijk aan de start. Wave 18, dezelfde wave als m'n trainert, die net als meerdere trainingsbuddys ook meedoet. En ook fijn, want normaal gesproken is hij de betere zwemmer. Opdracht: blijf in z'n kielzog, en ik ben gegarandeerd van een prima zwemtijd (voor mijn doen althans).

KNAL. Armen vliegen om m'n oren en ik besluit er vrolijk aan mee te doen. De circus is begonnen. Echter, vrij snel merk ik ook iets bijzonders op. Ruimte! Wat een aangename gewaarwording ten opzichte van eerdere wedstrijden. Een enkel positief gevolg van Corona. Tegelijkertijd besef ik ook dat ik al snel op achterstand wordt getrakteerd door de snellere zwemmers. Dat is dan weer niet zo bijzonder. Toch merk ik dat ik niet slecht zwem en ik kan mijzelf een fijn ritme aanmeten. Het plan om mijn trainer te volgen moet ik dan op zijn beurt weer laten varen. Verplichte, donkergroene zwemcaps. Wie verzint het, wat een fijn contrast met het water. Maar, geen ramp, ik zwem best wel lekker. Nu is het opletten wanneer om te keren. Aaaah. Die boei blijkt dus ook gewoon donkergroen te zijn. Ik heb het te laat door en met een te ruime bocht, maak ik mijn 180 graden. Afijn, niet gek laten maken, ik zit er lekker in; doorgaan!

Ik merk dat ik toch de ene na de ander zwemmer aan het inhalen ben. Ok, menig schoolslagzwemmer (geen schande, deed ik ook ooit). Dat pept op. Vooruitkijkend en ik zie de meeste zwemmers in het midden van de baan zwemmen en niet rechts. De exit zit aan de rechterkant, dus ik vraag me af waarom. Ik besluit naar rechts te koersen. Snel volgt het antwoord. Wier en ander watervegetatie. Omkeren! En ik koers weer naar links. Buiten het nodige ge-zigzag om, verloopt de terugweg prima. Wel merk ik bij de laatste meters een oranje rechte lijn, diep in het water. Goed te zien, als je met je gezicht naar beneden in het water kijkt. Die blijkt er dus al de hele tijd te zijn. Het gehele zwemparcours. DOH.

Mag de pret niet drukken, ik kom uit het water, en zie dat mijn tijd prima is. Ik zie ook dat Mark haast maakt om één trede eerder uit het water te komen dan ik. Hij lijkt in z'n nopjes en spreekt vervolgens, tijdens het passeren in de wisselzone, nog wat aanmoedigingen uit naar mijn adres. Kijk, mooi meegenomen.

Wisselen blijkt vandaag weer eens een moeilijke opsomming van handelingen te zijn. Bonus: de knoeperd die tijdens het overgangsstukje, klooiend aan zijn schoenen, voor me "fietste" en de weg bleef blokkeren. Die heb ik ook nog maar even telepathisch bedankt.  Eenmaal op het fietsparcours voel ik me helemaal thuis; dit wordt en is mijn terrein. Louis zou zeggen: JAGEN! Dat ga ik dan ook maar doen.

Het eerste stuk zou wind tegen zijn en laag zitten is het credo. Al is dat laatste eigenlijk altijd wel de bedoeling. Snel merk ik dat ik prima benen heb. Super. Dan heeft de rust in de afgelopen weken me goed gedaan. Het mooie aan deze wave variant is dat je van wielrenner naar wielrenner kan fietsen. De ruim 40km tellende fietsrit voelde daardoor nooit als een oneindigheid aan. Halverwege mocht ik verder nog van geluk spreken, ik schatte het omkeren namelijk niet goed in en belandde in het gras. Maar, ik bleef zitten! En het vooruitzicht was zoet. De terugweg zou namelijk wind mee moeten zijn. En dat was dan ook wel zo, al is dat nooit zoveel als je hoopt. Op enkele stukken na. Het laatste stuk kon ik mijzelf namelijk heerlijk mee laten voeren, mijn benen sparend en uitkijkend naar mijn beste onderdeel: het hardlopen.

Of dat dacht ik. Meteen, bij de eerste stap vanaf de fiets, kon ik die gedachte weer laten varen. Linker hamstring, linker bil, linker heup, au.. Als een bejaarde aan een rollator, liep ik met mijn fiets de wisselzone in. Lekker, zit ik ook nog eens in de verkeerde laan. Enige wanhoop overkomt mij, en gedachten van stoppen, schieten door me heen. "NEE", dat gaat niet gebeuren. Niet vandaag, niet bij de enige wedstrijd van dit jaar. Na wat opbeurende woorden van Timothy, en een grote moeite om mijn schoenen te verwisselen vervolg ik mijn weg.

Maar poeh, het eerste stuk viel niet mee. Ik zat ver boven mijn geplande tempo, wat ik normaal zou moeten kunnen. Forceren om sneller te lopen is geen optie. Dan is het zeker einde wedstrijd. Gelukkig, wat officieel niet mocht, is er wat publiek bij het hardlopen. Zo ook, vaders. Dat sterkte me des te meer om door te lopen. Gaandeweg viel wel de berusting, de pijnklachten in mijn linkerbeen en bil werden omarmd, en dit zou het tempo voor vandaag worden. Goed zo.

Dan de finish! Yes! De normale sprintfinish wordt het niet vandaag. Daarnaast weet je vandaag ook nooit zeker op welke positie je in het gehele veld staat, dus de eventuele extra motivatie ontbreekt. Echter, blij dat ik ben gefinisht! Blij dat er weer geracet kan worden, maar ook blij om diezelfde dag nog lekker op de bank te gaan liggen. Vanuit de kritische koker is het qua prestatie geen geheel succes. Maar er waren ook genoeg positieve punten. Triathlon blijft, nog meer dan andere sporten, altijd tweaken (trial and error) naar je grootste vorm en bijbehorende prestatie. Tot je het behaalt, en dan mag je het volgende jaar weer helemaal opnieuw doen. Dat blijft leuk.

 

 

Nieuws Overzicht